Statenlid Romke Visser, de Usain Bolt onder de postbezorgers

Romke met zijn postkarretje in de Bloemenbuurt.

WINSUM De snelst wandelende postbezorger in Winsum is ongetwijfeld Romke Visser (56). En hij is waarschijnlijk ook het enige Statenlid in Nederland dat dit werk doet. ´Het houdt me lichamelijk en geestelijk fit, is goed in te plannen en een mooie bijverdienste.´

Romke heeft een stappenteller op zak en daaruit blijkt dat hij met een gemiddelde snelheid van dik 4,5 kilometer per uur zijn rondes doet. En dat is rap als je bedenkt dat hij de post uit zijn karretje haalt, het adres leest en bezorgt.

´Het vergt een goede oog-handcoördinatie. In totaal heb ik sinds 2013 ruim 10.000 kilometer gelopen. Dat houd ik bij, ik beschouw het toch een beetje als een sport. Ik doe alles te voet, met de postboy. De anderen in Winsum gebruiken de fiets. Dat op- en afstappen is funest voor mijn rug. Daarom loop ik liever. En in tijd maakt het niet veel uit´, aldus Romke, die in zijn vrije tijd aan langeafstandwandelen doet.

Is de VARAgids opgezegd, dan doet mijn sociaaldemocratisch hart zeer

We lopen – of beter gezegd: snelwandelen –  intussen mee met de bijna altijd vrolijke Romke in de Bloemenbuurt. Het is zijn vaste route, net als een deel van Ripperda. Soms komt het centrum van Winsum daar nog bij.´Het mooie is dat je op den duur precies weet wie waar woont en welke post er moet zijn. Als ik een pakketje voor de dochter niet kwijt kan, neem ik het mee naar haar moeder. Is de VARAgids er op een bepaalde dag niet, dan weet je dat er een fout gemaakt is. Of dat de abonnee heeft opgezegd. Dan doet mijn sociaaldemocratisch hart zeer.´

De vergaderingen als PvdA-Statenlid – hij is ook plaatsvervangend voorzitter van Provinciale Staten – hakken er vaak bij hem in. ´Woensdag heb ik bijvoorbeeld een lange dag gehad op het provinciehuis. Dan zit mijn hoofd aardig vol. Ik zie mijn ronde de volgende dag dan als ontspanning en beweging. Eerst ben ik nog wat mopperig, halverwege mijn ronde is dat weg en aan het eind van de loop ben ik moe en voldaan. De spierpijn neem ik voor lief.´

´Een collega zei eens: dat bezorgen van jou is wat voor een ander het lopen van de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella is. Klopt, het is gewoon zen.´

In november 2014 overleed Ids, de zoon van Romke en Maaike Dicke, op tragische wijze. Drie dagen voor zijn zestiende verjaardag verdronk hij tijdens een epileptische aanval. Een zware slag voor het gezin. ´Na twee weken ben ik weer post gaan lopen. Dat is het beste medicijn om je gedachten te laten gaan en te ordenen, vooral als je in een redelijk tempo loopt.´

De Winsumer maakt van alles mee onderweg. Daar kan hij natuurlijk niet al te veel over zeggen. ´We vervullen een belangrijke rol als wandelend straatmeubilair. We zijn vertrouwd en daardoor zijn mensen erg open naar ons toe. Ik probeer ook altijd een kort praatje te maken, er is veel eenzaamheid onder mensen. Soms kun je iets voor hen betekenen.´

Dit is in elk geval werk dat je tot je zeventigste kunt doen. Mijn rollator heb ik dan alvast

Hij kent geen andere Statenleden die als bijbaan post bezorgen. ´Vaak zijn Statenleden mannen of vrouwen van middelbare leeftijd met een baan in de ambtelijke sfeer. Met mijn freelancewerk heb ik een andere maatschappelijke positie. Elke vier jaar bepaalt de kiezer of je mag blijven. De verdiensten van dit werk zijn dan een handig bodempje. Ik krijg in elk geval veel reacties, altijd positief, omdat mensen niet verwachten dat je dit doet.´

´Dit is in elk geval werk dat je tot je zeventigste kunt doen´, zegt de historicus, terwijl hij zijn karretje zo´n ferme duw geeft dat het pas na een meter of twaalf tot stilstand komt. ´Mijn rollator heb ik dan alvast.´

Sinds 2012 werkt hij drie dagen per week voor PostNL, eerst als sorteerder. ´Een half uur nadat ik mij had aangemeld, werd ik al gebeld. Ik moest een test doen, mocht niet meer dan vier fouten maken. Nou, het was kantje boord. Na een jaar sloot het sorteercentrum in Winsum en ben ik gaan bezorgen.´

Sinds twee weken heeft Romke er een klus bij, naast zijn bezoldigde en vooral onbezoldigde baantjes. Tot december is hij tijdelijk directeur van het KinderBoekenHuis in zijn woonplaats. ´Mijn taak is een beleidsplan te schrijven en vervolgens wordt definitief een nieuwe directeur benoemd.´ Het zou best kunnen dat hij dat zelf wordt. ´Het is een baan die goed bij mij past.´