Jonge en gewonde vleermuizen in goede handen bij Anja en Judith

Anja (links) en Judith.

Het begon 21 jaar geleden met één vleermuis waarmee een buurvrouw kwam aanzetten. Inmiddels vangt Anja Sjoerdsma met de onmisbare steun van onder anderen haar vriendin Judith Wieringa 180 vleermuizen per jaar op. Maar hoelang nog?

De opvang telt begin november ruim 20 verweesde en gewonde vleermuizen. De meeste daarvan komen op krachten in met doeken behangen kasten. Die staan in de keuken van het huis aan de rand van Adorp, waar Anja met haar man Peter en hun zonen Johann en Rick woont.

Anja en Judith zitten aan de keukentafel met een vers bakje koffie voor zich. Ze hebben nog geen slok genomen als de volgende tijdelijke gast wordt binnengebracht. Johan en Gaby van de dierenambulance brengen een jonge dwergvleermuis. Hun komst was aangekondigd.

Johan en Gaby arriveren met een dwergvleermuis.

Anja ontfermt zich meteen over het diertje, iets groter dan een luciferdoosje, maar al voorzien van flinke vleugels. ´Het is een mannetje, kijk maar. Hij heeft een mager snoetje, is mager en uitgeput. Mooie witte tandjes heeft-ie. Scherp zijn ze!´ Omdat ze kans loopt gebeten te worden, heeft Anja zich laten inenten tegen rabiës (hondsdolheid).

Zodra Johan en Gaby vertrokken zijn, voedt Judith het diertje met madenpoppen. De nieuwe logé eet er zes op en daarmee is Judith niet ontevreden. Vervolgens plaatst ze hem in een van de kasten.

Het nieuwe logeetje.

De nieuwkomer is gevonden in een studentenflat. ´Ik zie de gillende studentes helemaal voor me´, zegt Anja lachend. ´Vleermuizen worden vaak gezien als eng, mysterieus en vampierachtig. En het zijn zulke leuke, lieve, sociale dieren.´

´De meeste vleermuizen komen hier nadat ze zijn gepakt door een kat of soms een uil of ekster. Soms worden we benaderd voor een gezonde vleermuis die gewoon slaapt. Er is veel onwetendheid over dit bedreigde en beschermde zoogdier.´

´We hebben acht soorten vleermuizen in Groningen. Alle soorten hebben we hier gehad, maar het leeuwendeel zijn laatvliegers en dwergvleermuizen. Zo´n 40 procent van de diertjes overleeft het niet. Die sturen we op naar de Erasmus Universiteit Rotterdam, waar ze nader onderzoek doen.´

´De rest kunnen we gelukkig hun vrijheid teruggeven. Zodra ze tien minuten in de kamer rondvliegen zonder iets te raken en goed landen, zijn ze voldoende hersteld om teruggeplaatst te worden. Dat gebeurt hier of in de buurt van de vindplaats. Soms verblijven ze één dag, soms een halfjaar bij ons. In de winter, zodra het 5 graden is, verplaatsen we de vleermuizen naar de schuur, waar ze hun winterslaap houden.´

We doen het allemaal naast ons werk en andere bezigheden hè

Het is de vraag hoelang Anja nog doorgaat met haar levenswerk. ´We hebben de grens bereikt met de opvang, ook financieel. We krijgen weleens een donatie, maar privé heeft de opvang mij vorig jaar 1500 euro gekost aan voeding en medicatie. En dan heb ik de tijd niet eens meegerekend. En we doen het allemaal naast ons werk en andere bezigheden hè.´

Continuering van Vleermuisopvang Adorp is volgens Anja alleen mogelijk met een eigen werkterrein. Ze heeft een ontwerp laten maken van een schuur van pakweg 9 bij 6 meter waarin de opvang kan plaatsvinden. ´Met slaapgelegenheid voor bijvoorbeeld een vrijwilliger of stagiair, want jonge vleermuizen moeten om de drie uur gevoed worden, ook ´s nachts. Het zijn net baby´s. Verder is er een ruimte getekend waar educatieve workshops gegeven kunnen worden.´

De gemeente heeft hun subsidieverzoek afgewezen, tot grote frustratie van de twee Adorpers. En ook bij de provincie vinden ze naar eigen zeggen geen gehoor. ´We worden gedoogd, meer niet. De opvang wordt gezien als een hobby, maar onderhand weet iedereen de vleermuizenopvang te vinden. Dan zijn we kennelijk wel professioneel genoeg. Het zou jammer zijn als we stoppen. Er is maar een handvol opvangadressen in Nederland.´