Westerdijkshorn kan blindvaren op Albert

Albert met zijn vier jaar oude labrador Ilmar. Op de achtergrond de klokkentoren van Westerdijkshorn.

Albert Wester (66) is klokkenluider én houdt Westerdijkshorn bij de tijd. Hoewel de Bedumer al bijna een kwarteeuw blind is, zorgt hij ervoor dat de torenklok in de buurtschap goed loopt.

Albert wandelt deze ochtend met blindengeleidehond Ilmar over het pad  langs de Oude Ae, ten noordwesten van Westerdijkshorn. ´Elke dag wandel ik 20 kilometer in de omgeving. Meestal alleen, soms met Frank Admiraal, oud-veearts. In dat geval laten we Ilmar loslopen.´ Lachend: ´In elk geval doe ik er alles aan om te voorkomen dat ik een dikke blinde word.´

´Er gebeurt zoveel als je plotseling blind wordt, je moet echt bezigheden zoeken. Thuis ga ik straks eerst lezen in braille en doe dan wat in de huishouding. Klussen waarbij je eigenlijk niet weet of je het goed doet, zoals stofzuigen. Luisteren naar klassieke muziek is een hobby en ik zet graag een luisterboek aan. Een goed voorgelezen boek is net een film.´

Albert bij het uurwerk in de toren.

Nu we toch in de buurt van de prachtige klokkentoren zijn, gaan we er maar even naartoe. ´We zijn er´, zegt Albert na tien minuten wandelen. ´Ik merk het aan de hond, hij wordt helemaal gek als we in de buurt zijn. Als we van de andere kant komen, jankt hij ver van tevoren van enthousiasme.´

Albert heeft de sleutel van de toren. Binnen blijft Ilmar beneden en gaan wij de ladder op. Het is even voor elven. Het tikken van het uurwerk is het enige geluid in de hol klinkende ruimte. ´Prachtig hè, dat geeft me echt rust. Straks hoor je boven ons een klok die van 1658 is, 362 jaar oud! De toren en het uurwerk zijn bijna 150 jaar oud. Ongelooflijk hè! Het uurwerk is gemaakt in Heiligerlee. Daar staat hetzelfde uurwerk als museumstuk. Hier loopt het nog.´

De één kleppert, de ander luidt

Dan is het zover. Klokslag elf. Na de slagen sterft het geluid weg terwijl het tikken van het uurwerk onverstoorbaar doorgaat. Het brengt Albert in vervoering. Roerloos staan we bijna twee minuten stil. ´Hier geniet ik van. Het is gewoon een klankschaal.´

De klok slaat automatisch op halve en hele uren. Vroeger luidde de familie De Boer driemaal daags de klok, om 8.00, 12.00 en 17.00 uur. Alleen bij begrafenissen en tijdens de jaarwisseling gaat het anno 2020 nog op ouderwetse wijze. ´1 januari om twaalf uur ´s nachts luiden de buurtbewoners om de beurt. Ik ben er niet bij, maar kan thuis horen dat de een er bedrevener in is dan de ander. De één kleppert, de ander luidt.´

´Begrafenissen komen hier niet veel voor, vier keer heb ik daarvoor geluid. Dat is zwaar hoor, het touw hangt niet helemaal goed. Na twintig minuten ben je helemaal kapot.´

´Van de katholieke kerk in Bedum ben ik ook klokkenluider, bij kerkdiensten en begrafenissen. Als de overledene een man is, begint de grote klok. Bij een vrouw begint de kleine klok. Deze traditie is jaren geleden nieuw leven ingeblazen.´

Johan Arends, bijna 86, heb ik daar leren kennen. Hij heeft dit uurwerk voorzien van een slingervang, waardoor het stukken beter is gaan lopen.´

Vellema Torenuurwerken uit Hallum is er voor het serviceonderhoud van het uurwerk. Het op tijd zetten van de klok is de taak van Albert. Dat doet hij voornamelijk op gevoel. ´Weersinvloeden spelen een belangrijke rol. Soms loopt-ie een maand goed, maar er zijn ook weken dat ik drie, vier keer in actie kom. Het uurwerk op de juiste tijd zetten, een beetje olie op de raders doen. Ik ben daar zeer secuur in, noem me maar een klokkenautist. Overigens lopen het uurwerk en de wijzers synchroon.´

Tot zijn 41ste was Albert – om met zijn eigen woorden te spreken – helderziend. ´In een tijdsbestek van drie maanden was ik blind. Ik was verpleegkundige in Amsterdam, in het AMC. Mijn linkeroog was op een dag plots één grote zwarte vlek. Het bleek de Ziekte van Leber te zijn, atrofie van je oogzenuwen. Op 2 januari 1996 was mijn laatste nachtdienst. ´s Ochtends kon ik mijn rapport niet meer lezen… Mijn werkzame leven was abrupt voorbij.´

´In heel Nederland zijn er maar honderdtwintig mensen met deze erfelijke oogziekte, een broertje of zusje van MS. Ik zie praktisch niets, het zicht is in procenten niet uit te drukken. Een beetje onderscheid tussen licht en donker is er, verder is mijn wereld grijs en mistig. Zon is voor mij verschrikkelijk, het minst slecht zie ik ´s nachts bij volle maan.´

Verrek zei-die, het torentje van Westerdijkshorn zit er ook bij

Zes jaar later verhuisde Albert met zijn partner Gerard – beslist geen wandelfanaat – van Diemen naar Bedum. ´We wonen al achttien jaar naar alle tevredenheid in de wijk Uilenest. Daar kun je de klok van Westerdijkshorn goed horen. Vaak was dat te vroeg, te laat of helemaal niet. Dat viel mij wel op, voor ik verpleegkundige werd was ik namelijk horlogemaker. Toen heb ik maar het beheer van het uurwerk overgenomen van de buurt.´

Bijzonder is dat de Bedumer weet hoe de toren eruitziet zonder hem ooit in het echt gezien te hebben. ´Vroeger heb ik een serie platen verzameld van bijzondere kerktorens in Nederland. Die zaten in een koker die Gerard openmaakte toen we hier net woonden. Verrek zei-die, het torentje van Westerdijkshorn zit er ook bij, dat is hier vlakbij. Toen kon ik me de toren weer voor de geest halen.´

Albert wandelt met Ilmar terug naar huis. Dankzij de labrador gaat dat gelukkig altijd zonder ongelukken. ´Maar er zijn wel obstakels hoor. Bedrijfsbusjes die halfgebakken geparkeerd worden of omleidingsborden die midden op de weg staan en voor mij te laag zijn.´

´Weet je wat ook vervelend is? De ratelklikker bij de oversteek in de Stationsweg in Bedum doet het al drie maanden niet. Ik heb er al zeven keer melding van gemaakt. Juist in de afgelopen donkere maanden is het zo belangrijk dat op dit levensgevaarlijke punt de rateltikker én de lichten functioneren.´